Ik was 15 in 1996, toen de verschrikkelijke misdaden van Marc Dutroux aan het licht kwamen. Misdaden die uiteidelijk zouden leiden tot een ongeziene golf van verantwaardiging over wantoestanden bij politie en justitie in België. Honderdduizenden kwamen op straat. Vele scholieren spijbelden, ook ik. We gooiden met eieren en tomaten naar het justitiepaleis. Er was ons verteld dat er iets moest veranderen. We wisten niet wat, maar “iets” moest gebeuren.
Zoals deze episode mijn generatie heeft gedefinieerd,
zo definieert verontwaardiging over klimaatproblematiek de huidige generate van
tieners. Een belangrijk verschil is dat zij opgroeien in een tijd van sociale
media, en die sociale media veel beter beheersen dan onze politici en het
establishment. Over klimaatwetenschap weten ze echter net zo weinig als wij indertijd
over het functioneren van politie en justitie.
Dit neemt niet weg dat er een ernstig probleem is. We zijn
getuige van een belangrijke toename van de concentratie van broeikasgassen in de
atmosfeer. Menselijke activiteit draagt hiertoe in belangrijke mate bij; reeds
voor, maar in toenemende mate sinds de industriële revolutie.
Het juiste langetermijneffect van deze concentratietoename
op de temperatuur van de atmosfeer is, ondanks de snelle ontwikkeling van de klimaatwetenschap,
niet duidelijk. Maar uitstoot van broeikasgassen heeft veel dringendere en
ernstige gevolgen, met name de schadelijke impact op de gezondheid van fauna,
flora, en de mens zelf. Als samenleving dragen we de dus de verantwoordelijkheid
om ons gedrag aan te passen en de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen.
Dogmatisme en blitse politieke statements zijn zelden goede
raadgevers om oplossingen te vinden voor complexe problemen. Ons klimaat-, of
liever, ons milieuprobleem kán worden aangepakt met een cocktail van pragmatische maatregelen – stimuleren van innovatie, een
slimme energiemix, compensatie en carbon
offsetting, maar ook een gedragsverandering. We moeten onze manier van werken,
consumeren en ons verplaatsen fundamenteel heruitvinden.
Als beginnende onderneming houdt TraNeXus zich bezig
met de milieuimpact van de transport- en toerismesector. Niet alleen levert die
sector en bijzonder zware bijdrage aan de uitstoot wereldwijd, het is ook een sector
waarvoor alternatieve energiebronnen nog niet op punt staan. En tezelfdertijd
is reizen en het ervaren van andere landen en culturen één van de meest
gegeerde menselijke activiteiten in de 21ste eeuw.
Het precies vastleggen van de uitstoot van transport-
en toerismeactiviteiten d.m.v. revolutionaire blockchain-technologie vormt
volgens ons de juiste basis om technologische innovatie te stimuleren en de uitstoot
op termijn terug te dringen. Het laat ook toe om gericht aan carbon offsetting te doen. En zelfs een
milieutaks laat zich dankzij de verzamelde data danig calibreren dat zij die
inspanningen leveren beloond kunnen worden, en sterkere vervuilers gestraft.
Na de polemiek van de laatste weken, ben ik ervan
overtuigd dat gezond pragmatisme de beste garantie biedt om grote stappen vooruit
te maken. Wij zijn bereid om met de beleidsmakers op federaal en gewestelijk
niveau samen te werken om van België een schoolvoorbeeld
van klimaat- en milieuweerbaarheid te maken.
De
auteur is sinds september 2018 Partner en CEO van TraNeXus, een Iers-Belgische startup
gespecialiseerd in blockchain-registratie van CO2-uistoot in de transport-
en toerismesector. Hij was daarvoor negen jaar lang secretaris-generaal van
ETTSA, het Europese verbond van grote online-reisplatformen. Hij is eveneens bestuurslid
van CD&V in Ukkel.
Christoph H.L. KLENNER
11 februari 2019